Getrouwd of geregistreerd partner, de gevolgen van uit elkaar gaan zijn groot. En dat geldt zeker voor jullie huis. Wat gebeurt er met onze koopwoning? Kan ik blijven wonen in ons huurhuis? Kan ik alvast een ander huis kopen? Allemaal vragen waarbij het verstandig is ze bij een (voorgenomen) scheiding tijdig onder ogen te zien om onvoorziene financiële gevolgen bij de afwikkeling van de scheiding te voorkomen.
Afspraken maken over wonen en zorg bij scheiden
In een echtscheidingsconvenant kunnen afspraken gemaakt worden over de tijdelijke woonsituatie en de situatie op de langere termijn. Tijdelijk betreft dan meestal de periode tot twee jaren na de echtscheiding. Dit is ook de periode waarin de hypotheekrente nog aftrekbaar blijft bij de meest verdienende partner. Als de inkomsten van de (tijdelijk) niet verhuizende partner onvoldoende zijn, dan moet dit gecompenseerd worden met partneralimentatie of een tijdelijke extra bijdrage aan de woonlasten.
De eerste twee jaren
Meestal blijkt dat twee jaar voldoende tijd is om een meer duurzame oplossing te vinden voor het woningprobleem. Er kan immers van alles in die periode gebeuren. Het inkomen van ieder van u kan wijzigingen. Ook kan het zijn dat een van u beiden een nieuwe partner krijgt. Dit heeft invloed op de financieringsmogelijkheden. Verder kan het zijn dat alsnog een goede alternatieve (goedkopere) koop- of huurwoning wordt gevonden.
Door al deze omstandigheden kan alsnog het soms acute woonprobleem binnen twee jaren geruisloos worden opgelost. U schept daarmee samen een situatie, waarin u zich niet gedwongen voelt direct de woning te verkopen tegen een te lage prijs. Als het gaat om een huurwoning, dan is er hoe dan ook een periode van enige rust. Een echtscheiding zet toch al veel aspecten van uw leven op een nieuw spoor.